Week 10

Na alle vulkaanervaring opgedaan in Tongariro National Park blijven we ook in het gebied van Rotorua in verhitte sferen. Het hele gebied is geothermisch: het stoomt, sist en borrelt! Rijdend door de omgeving zie je op verschillende plekken de damp omhoogkomen en de geur liegt er dan ook niet om. De geur van rotte eieren hangt als een ‘dagelijks iets’ in de lucht en de mensen die hier leven halen er de schouders niet voor op. “Als je 24 uur in deze lucht bent, merk je het niet meer” wordt ons verteld. Ik weet niet of wij anders zijn, maar voor ons ging deze waarheid niet op! De geur settelt zich in je neus en als er op een plek al minder geur zou zijn, lijk je ‘m nog steeds bij je te hebben. Hoe dan ook, als je in deze streek komt weet je dat dit een feit is en dat je er niet over hoeft te zeuren. Het ruiken hoort hier bij het ontdekken van het geborrel vanuit het binnenste van de aarde en dat heeft daardoor zijn eigen karakter! Op het eerste gezicht lijkt Rotorua een rustig gebied, met zijn pittoreske meren omgeven door beboste heuvels. De plek waar de camping ligt aan het Blue Lake doet echt vredig aan en de begroeiing alhier is zeer weelderig met al zijn boomvarens. Deze regio is echter verre van rustig. Rotorua ligt boven op de Taupo Volcanic Zone. Deze smalle strook vol vulkanische en geothermische energie ligt op de grens van twee aardkorstplaten. In de hele Rotorua-regio is de aardkorst maar 10 km dik, terwijl in niet-vulkanische gebieden de dikte van de aardkorst 20 tot 25 km is. De kalme meren zijn voor het merendeel met water gevulde kraters en laagten die het gevolg zijn van vulkanische erupties en veel heuvels in dit gebied zijn vulkaankegels. De stoom en scherpe geur worden voortgebracht door verscheidene geothermische velden. Rotorua is een gebied met borrelende modderpoelen, hete ‘kookpotten’, stoompluimen, omhoog spuitende geisers en warme dampende minerale bronnen. En dit alles is hier te bezichtigen. We bezoeken Wai-O-tapu Thermal Wonderland. Hier is ‘de onderwereld aan Satan gewijd’! De eerste vulkanische activiteiten in dit gebied gaan zo’n 150.000 jaar terug in de geschiedenis. We maken in dit actief thermisch park vol verwondering en verbazing mee hoe de aardkorst zich beweegt in al zijn verhitting en met zijn uitwerking in de meest felle kleuren. De kleurenvariatie in het gesteente wijst op de aanwezigheid van een groot aantal mineralen. Zo zorgt bijvoorbeeld arsenicum voor een groene kleur met een dodelijke uitwerking! Netjes op het pad blijven dus! Zwavel zorgt voor een geel of roze kleur en antimonium, een soort schimmel, voor oranje. De lucht is blauw en soms wat grijs bewolkt maar de kleuren van de aarde zijn enorm fel. Het oranje is echt oranje en het groene meer is gewoon fluoriserend! Ongelooflijk! Elk stukje gesteente is op zijn eigen manier gevormd, heeft zijn eigen afzetting, zijn eigen geurconcentratie(!) en eigen kleur. En het bubbelt, borrelt en stoomt overal! De kraters roken en spuwen en trekken er zich niets van aan dat er mensen rondlopen. Als je niet uitkijkt wordt je onverwachts natgespoten. De Lady Knox Geyser spuit zo’n twintig meter de lucht in. De Champagnepool is een meer met een doorsnede van 60 m. dat bruist als een coupe champagne, echter met een temperatuur van ongeveer 75 graden. Het water is blauw maar heeft een kleurige oranje krans gevoed door allerlei mineralen en metalen. Dit meer behoort tot de kleurrijkste natuurfenomenen van NZ. Opstijgend kooldioxidegas veroorzaakt belletjes in het hete water.
Nog onder de indruk van de mistige, ongrijpbare sfeer verlaten we het Wai-O-tapu park en ‘gaan nog even langs’ bij Kerosene Creek. Na een stukje rijden over een gravelweggetje en een pakweg vijftig meter lopen langs een rivier komen we bij een watervalletje. En hier wordt gebaad! Een gratis puur natuur bad. Het water is thermisch en echt heet; we stappen er langzaam in om ons lichaam geleidelijk te laten wennen aan de temperatuur! Het dampt en klatert rondom ons heen en dat heeft na al dat turen naar al die kleurige poelen een aangename en ontspannende werking.
Het is wennen aan de ‘wintertijd’. De zon daalt vroeg en rond zeven uur is het donker. Voor het eerst eten we met een donkere achtergrond. De temperatuur is nog lauw dus buiten zitten kan net zo goed. En zoals wel vaker verzanden we nog in allerlei gesprekken met anderstaligen die het ook nog lekker vinden om buiten te vertoeven.
Het volgende park wat we de dag erop bezoeken is Te Puia, een onderdeel van Whakarewarewa. Eveneens thermisch en veel Maori cultuur. In vroegere tijden woonde een Maori-stam in dit gebied welke de thermische krachten in hun manier van leven gebruikte. Zo werd er gekookt in de hete poelen of tussen de warme stenen. Een eventuele vijand kwam het gebied niet in daar het te gevaarlijk was als men de weg niet wist in dit hete gebied waar de grond onder je voeten kan wegzakken.
In het Maori Meeting House, waar de gast vriendelijk gevraagd wordt om zich te ontdoen van schoenen, wordt een ceremonie gehouden met begroeting, zang en dans. Natuurlijk wordt deze show nu voor de toerist opgevoerd maar hiermee blijft de traditie in ere behouden. De begroeting waarbij op een krachtige, bijna agressieve, wijze indruk wordt gemaakt op de gast met heftige bewegingen van een speerachtig wapen en het uitsteken van de tong terwijl de ogen ver open gesperd zijn, is bedoeld om de gast te laten merken dat er een sterke stam in het spel is. Als de gast vervolgens een speciaal takje opraapt en de begroeter in de ogen blijft kijken is er vriendschap gesloten. Dan volgt de hongi waarbij de begroeter en gast de neuzen tegen elkaar drukken als een teken van nabije begroeting. Een aangenaam meerstemmig zang volgt en er wordt gedanst waarbij balletjes worden rondgedraaid en stokken overgegooid. En niet te vergeten: De Haka! Nieuw Zeeland staat bekend om het uitvoeren van de Haka voor aanvang van rugbywedstrijden en tegenwoordig ook bij andere takken van sport. De mannen sloven zich enorm uit om op zeer krachtige ook weer agressieve wijze al hun adrenaline omhoog te trekken via dit krijgslied. In tijden van weleer werd via deze manier de tegenstander angst ingeboezemd terwijl ze zichzelf moed inpraatten en woede opwekten om er tegenaan te gaan. De diepe mannenstemmen schallen door de ruimte! Prachtig om te horen. Je eigen bloed gaat ook sneller stromen!
In het park staan houten beelden en traditionele Maori-huizen en er worden demonstraties gegeven van het vlechten van flax en houtnijverheid. In het verduisterde ‘kiwi-huis’ zien we echte kiwi’s! In het begin van onze reis hebben we er eveneens een aantal in een park gezien. Ze leven nog wel in het wild maar omdat het nachtdieren zijn in combinatie met hun schuwe aard kom je ze zelden tegen.
Wederom verwonderen we ons over het hele thermische gebeuren dat het Te Puia park biedt. De Pohutu Geyser spuit verschillende keren per dag tot een 30 m hoge fontein. Het hele gebied eromheen dampt en heeft versteende kleuren. Zeer apart.
De volgende dag gaan we op bezoek bij Oom Harry. Hij is in de jaren 50 naar Nieuw Zeeland geëmigreerd en heeft jarenlang gewerkt bij de forestry. Hij weet alle ins and outs van de Nieuw Zeelandse bossen. Inmiddels 86 jaren wijs kan hij variatievol over zijn leven vertellen.
We blijven nog een dagje in de omgeving van Rotorua. De stad heeft wel wat historie te vertellen maar op een of andere manier komen we er niet toe de kern echt te bezichtigen. We kiezen deze dag voor de natuur en richten ons op de meren die rondom de camping liggen. We vertoeven o.a. een poos aan Lake Tarawera. We kijken uit over de vulkaan Tarawera die net voor 1900 nog een flinke uitbarsting heeft gehad. De heuvels tussen de meren heen zijn zeer groen begroeid met talrijke boomvarens. Een aangename rit.
’s Avonds gaan we op de koffie en een borreltje bij Frans en Sandra Schaeffers. We hadden van vrienden hun adres gekregen. Terwijl ze ons niet kennen en omgekeerd eveneens worden we hartelijk ontvangen. En alsof het de gewoonste zaak van de wereld is, aan de andere kant van de wereld, zitten we in een Nieuw Zeelandse huiskamer zomaar dialect te praten. Frans is Venraynaar van oorsprong en volgt nog steeds allerlei ontwikkelingen die zich in het Venrayse afspelen terwijl hij zich aan de andere kant zeer thuis voelt in Rotorua. Sandra is engelstalig dus een mengelmoes is hier en daar niet te vermijden. De gespreksstof is overvloedig en de avond is dan ook veel te snel voorbij. Wat mooi dat dit zomaar kan… op bezoek bij een onbekend stel en je zo thuis voelen! We verlaten de prettige camping aan het Blue Lake om verder noordwaarts te reizen. We passeren een groot fruitgebied. Verschillende fruitsoorten worden hier geteeld, maar de kiwi heeft de overhand. De struiken hangen vol en de rijping is bijna voltooid. We pauzeren bij Papamoa Beach en hebben mooi zicht op Mount Maunganui. Typisch dat hier allerlei medewerkers, of het nu de postbode is, de gemeentewerkers of een loodgietersbedrijf, komen pauzeren. Ze parkeren hun auto aan de kust en nemen uitgebreid de tijd om hun meegebrachte of net gekochte lunch op te eten. De meeuwen zijn alert of iemand misschien iets lekkers bij zich heeft wat aan hun toebedeeld wordt.
We rijden langs de kustlijn richting Coromandel Peninsula. In Opoutere nog eens een picknick. Als rasechte Nederlanders is het toch maar wat fijn om je eigen spulletjes bij je te hebben! Vooral omdat je dan de meest mooie plekjes uit kunt kiezen om je kopje koffie te drinken.
Onderweg hebben we geregeld zicht op de oostelijke kust, dan weer rijden we door glooiend groene heuvels. We vinden een camping in Hahei aan de kust. In de caravan is de zee te horen. Blijft een prachtig geluid! Geregeld lopen we een eindje langs de kustlijn en genieten er van de avondkleuren. De dag erop maken we verschillende korte wandelingen vanuit het binnenland naar oostelijke baaien van het Coromandel schiereiland. De rotsige hellingen zijn stijl en de kliffen hebben ieder hun eigen uitgesleten vormen. De Cathedral Cove is een 20 m brede en 10 m hoge opening in de rotsen. Bij eb ligt het droog en kun je er doorheen lopen naar een volgende baai maar op het moment dat het vloed wordt worden de golven enorm en is het rennen geblazen! De zon staat hoog en dat is alle reden om alhier in het water te duiken, een welkome verfrissing tijdens de wandeling. Zowel het, met ogen open dan wel dicht, zitten op het warme fijne witte zand brengt je tot de mooiste dromen. Stingray Bay en Gemstone Bay zijn eveneens paradijselijke plekjes met dit heldere weer.
Weer terug op de camping maken Martijn en Stan allerlei sculpturen in het zand aan de kust terwijl Peter en ik nogmaals op pad gaan, dit keer met de auto. We rijden langs Cooks Beach, genoemd naar de engelse ontdekkingreiziger James Cook, die hier aan land kwam om de sterrenhemel te observeren. De Bay heeft dan ook de naam Mercury Bay gekregen, naar Mercurius. Die heer Cook had in die tijd waarschijnlijk al zicht op waardevol natuurschoon!
Op 26 maart reizen we van de oostelijke kant van Coromandel naar het westen. Het wordt grijzer en grijzer en de regen vergezelt ons een groot gedeelte van de reis. Als we onderweg boodschappen doen bij de Count Down, een grote supermarktketen, verbazen we ons op een lachwekkende manier over het werk wat de supermarktkarretjesophalers in de gietende regen aan het doen zijn. Dik ingepakt en gekleed als gele maanmannetjes halen ze één voor één de karretjes op die de winkelende mensen netjes terug zetten op de daarvoor bestemde plekken. De karretjes zouden eens nat worden! Gedroogd en al worden ze voor de volgende klant netjes onder het afdak gezet. Service? Offe.. gaat dit iets te ver?
Het weer blijft pruttie. Onderweg hangen de wolken laag en waait het flink. Zeker op het moment dat de weg flink klimt krijgt de wind vat op het oppervlakte van de caravan. Het is nog wel verantwoord om te rijden maar veel gekker had het niet moeten worden. We vinden een camping in het stadje Coromandel. En tegen het eind van de middag gaat het warempel stormen. De wind en regen beuken tegen de caravan aan. We blijven maar knus binnen zitten en ondanks dat de buitentemperatuur aangenaam blijft koken een lekker warm pittig soepje.
Ook dit hoort bij Nieuw Zeeland!